- aanvangen
- {{aanvangen}}{{/term}}1 [begin maken met] 〈ook absoluut gebruikt〉 commencer2 [trachten, beginnen te doen] se mettre à♦voorbeelden:1 een reis aanvangen • entreprendre un voyage¶ wat moet ik met zo'n jongen aanvangen? • que faire d'un garçon pareil?
Deens-Russisch woordenboek. 2015.